Wessel Zweers
Laatste berichten van Wessel Zweers (alles zien)

Wandeltraining

Droom je van stevige wandeltochten deze vakantie, of van het trotseren van de Vierdaagse van Nijmegen? Begin dan ruim van tevoren met trainen. Zo went je lijf langzaam aan de kilometers, bouw je conditie op, en kun je straks vol energie en plezier iedere heuvel, brug of bergbedwinging aan, zonder dat het op je tandvlees aankomt.

Regelmatig wandelen

De meest voor de hand liggende vorm van wandeltraining is vaak wandelen. En dan liefst elke week, maar toch minimaal een of twee keer per maand. Dan zul je al snel merken dat je grotere afstanden aankunt en minder spierpijn krijgt.

Belangrijk is om deze wandelingen langzaam op te bouwen. Dus als je nog nooit eerder hebt gewandeld, begin je bijvoorbeeld met 5 km. Vervolgens bouw je dit in een half jaar op tot 20 km, 30 km of nog langere etappes.

Trainingsschema Vierdaagse

Hou je van strakke planning? Dan is dit trainingsschema van de Nijmeegse Vierdaagse een handig uitgangspunt:

Wanneer4x 30 km4x 40 km4x 50 km
1e week feb10 km10 km10 km
3e week feb15 km15 km15 km
1e week maart20 km20 km20 km
3e week maart20 km25 km25 km
1e week april25 km35 km40 km
3e week april25 km40 km50 km
4e week april30 km30 km40 km
1e week mei30 km40 km50 km
3e week mei2x 20km
(2 dagen)
2x 30km
(2 dagen)
2x 40 km
(2 dagen)
1e week juni35 km45 km60 km
3e week juni2x 30 km
(2 dagen)
2x 40 km
(2 dagen)
2x 50 km
(2 dagen)
1e week juli25 km30 km35 km

Als je goed kijkt, zie je een patroon: elke twee weken een wandeling met oplopende streefafstanden. En in de tussenliggende weekenden? Als de afstanden je veel moeite kosten, dan doe je het iets rustiger aan. Of als het je gemakkelijk afgaat, dan doe je er juist een schepje bovenop.

Maar er zijn natuurlijk ook andere schema’s mogelijk voor wandeltraining. Bijvoorbeeld mijn persoonlijke schema: begin (afhankelijk van conditie en wandelervaring) met bijvoorbeeld 15 km en maak elke volgende wandeling 1 of 2 km langer. Viel een wandeling nogal zwaar? Kies dan de volgende keer nog eens dezelfde afstand.

Afstanden meten

Na het bekijken van de trainingsschema’s met oplopende afstanden vraag je je misschien af: hoe weet ik eigenlijk precies hoeveel kilometer ik loop? Terechte vraag, want zeker bij de voorbereiding op een evenement als de Vierdaagse is het belangrijk dat je niet te weinig, maar ook niet te veel, kilometers maakt. Gelukkig zijn er tegenwoordig verschillende manieren om je wandelafstanden bij te houden, van simpel tot high-tech.

  • De meest gebruikte methode is een gps-horloge of sporthorloge. Deze draag je gewoon om je pols en hij registreert vrij nauwkeurig je route, afstand en tempo. Extra handig: de meeste horloges geven je ook inzicht in je hartslag, zodat je meteen kunt zien of je op een prettige trainingsintensiteit wandelt.
  • Heb je geen sporthorloge? Dan kun je natuurlijk ook je smartphone gebruiken. Met apps zoals Komoot, Strava of Runkeeper zie je niet alleen de afstand, maar ook je route op een kaart. Bovendien slaan deze apps je trainingen automatisch op. Dat is een groot voordeel, want zo kun je weken of zelfs maanden later terugzien hoe je opbouw is gegaan. Het werkt vaak extra motiverend om die groei zwart-op-wit te zien.
  • Wil je het juist eenvoudig houden, dan kun je kiezen voor een klassieke stappenteller of gewoon een route wandelen waarvan je de lengte al bekend is. Denk aan een uitgezette wandelroute van Natuurmonumenten, een LAW of streekpad. Vaak staat de afstand netjes aangegeven in de beschrijving of op de routeborden.

Welke methode je ook kiest: zorg dat die manier bij jou past. Want weinig is zo frustrerend als trainen zonder te weten of je nou 15 of toch 20 km in de benen hebt. Het geeft niet alleen grip op je voortgang, maar maakt het trainen ook een stuk leuker en concreter.

De juiste houding tijdens het wandelen

Een goede wandeltechniek kan je helpen langer en comfortabeler te lopen, energie te besparen en blessures te voorkomen. Let tijdens je training op de volgende punten:

  • Hou je romp recht en stevig
    Laat je schouders ontspannen hangen, maar voorkom dat je rug of heupen ingezakt zijn.
  • Let op je paslengte en pasfrequentie
    Pas je passen aan op tempo en terrein, zodat je soepel blijft lopen en je spieren niet overbelast raken.
  • Gebruik je armen
    Laat je armen ontspannen meebewegen vanuit de schouders; dit helpt je balans en maakt je pas ritmischer.
  • Activeer je benen
    Laat je bil-, kuit- en voetspieren licht actief meewerken; hierdoor loop je dynamischer, verbruik je minder energie en houd je het langer vol.
  • Varieer je tempo
    Af en toe iets sneller lopen of een heuveltje pittiger nemen traint kracht en uithoudingsvermogen én maakt wandelen leuker.

Met deze tips merk je al snel dat wandelen gemakkelijker gaat, minder vermoeiend is en meer plezier oplevert. Een paar gerichte oefeningen of korte technieklessen kunnen dat effect nog sterker maken.

Trainingstochten kiezen

Aan een afwisselend landschap beleef je meer trainingsplezier. En dan hou je een trainingschema veel gemakkelijker vol. Kies dus mooie en gevarieerde routes, indien mogelijk steeds in andere provincies. Op deze site vind je meer dan voldoende suggesties, zie Wandelroutes, Wandelblog en Regio’s.

Ook samen wandelen met anderen kan stimulerend werken – tenzij je juist graag wandelt om de hectiek van werk en sociale verplichtingen te ontvluchten. Sluit je daarom aan bij een wandelclubje, of zoek zelf een wandelmaatje. Of loop de georganiseerde wandeltochten van het Landelijk Wandel Programma (LWP), met meer dan 1000 tochten in Nederland en België (www.wandel.nl/wandelagenda).

Overige wandeltips

Loop ontspannen en constant

Regelmaat is belangrijker dan snelheid. Neem daarom niet te grote of te kleine stappen, loop niet te snel en probeer vooral je benen en voeten te ontspannen.

Pauzeer regelmatig

Bijvoorbeeld een kwartier na twee uur lopen. Niet te lang, want dan kom je langzamer op gang. Als je spieren niet zo soepel zijn, dan doen een paar korte rek- en strekoefeningen vaak wonderen.

Train onder alle weersomstandigheden

Want ook tijdens een vierdaagse of wandelvakantie kan het weer tegenzitten. Bovendien blijkt uit onderzoek dat je weerstandsvermogen flink toeneemt bij minder comfortabel weer (kou, wind, regen). Dit moet je natuurlijk ook weer niet overdrijven. Anders gaat het trainen je zó tegenstaan dat je uiteindelijk het bijltje erbij neergooit.

Voer het tempo langzaam op

Probeer wat sneller te lopen op korte afstanden. Dan zul je zien dat ook je basistempo op lange afstanden zal toenemen. Tip: ga elke dag een half uur ‘lunchwandelen’ in stevig tempo (minimaal 5-6 km/uur).

Conditietraining

Gaat je stevige meerdaagse tochten maken, al of niet met rugzak, en eventueel ook nog in bergachtige gebieden? Dan zou ik naast regelmatige wandelingen ook conditietraining aanraden. Daarvoor zijn uiteraard allerlei mogelijkheden. Bijvoorbeeld lid worden van een sportclub (nee, niet schaken), of een abonnement te nemen bij een fitnesscentrum. Associeer je fitness echter met krachtpatsers en harde muziek? Dat valt tegenwoordig erg mee. De meeste fitnesscentra hebben een uiterst gemêleerd publiek.

Als je een sportclub of fitnesscentrum te duur vindt, kun je natuurlijk ook zonder begeleiding aan je conditie werken. Daarvoor zijn er mogelijkheden genoeg:

  • Loop regelmatig een rondje hard.
  • Ga je een zware huttentocht in de bergen lopen? Ga dan elke dag naar de dichtstbijzijnde flat, loop via de trap naar de bovenste verdieping en weer terug.
  • Laat wat vaker de auto staan en neem de fiets.
  • Is het winter en fiets je niet graag in het donker? Schaf dan een simpele hometrainer aan. Of doe regelmatig kniebuigingen met een gevulde rugzak (wel voorzichtig opbouwen).

Kortom: met enige creativiteit zijn er mogelijkheden te over.

In ieder geval is voor zwaardere tochten belangrijk dat je het zogeheten anaerobe uithoudingsvermogen traint. Daartoe moet de inspanning langer duren dan 30 minuten. Voor de ideale hartslag tijdens de training kun je deze formule gebruiken: (220 – leeftijd) * 0,7.

Eventueel kun je de training combineren met intervaltraining. Dat benadert vrij aardig de situatie in de bergen, waarbij de inspanning meestal ook niet gelijkmatig is.

Plezier staat voorop!

Een trainingsschema is een hulpmiddel, geen richtlijn. Een strak schema moet je motiveren en je niet in een keurslijf persen. Laat je dus nooit onder druk zetten, bijvoorbeeld als je in groepsverband wandelt en de anderen een hoger tempo lopen.

Kijk je vaak op je horloge? Stop het in je rug- of heuptas, of laat het helemaal thuis. Dit geldt ook voor gps-ontvangers die je gemiddelde snelheid voortdurend in beeld laten zien.

Last but not least: loop nooit door met blessures. Heb je pijn en heb je er eigenlijk geen zin meer in? Dan direct stoppen. Nog belangrijker dan goede conditie zijn plezier en motivatie!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

6 reacties

  1. Beste Wessel,

    Voordat ik begin over wat ik mis in het stuk.. Wil ik wel vermelden
    als beginnende ‘loper’ met plezier het bovenstaande stuk heb gelezen. Ik ben me namelijk aan het voorbereiden op lange stukken lopen.

    Aangezien je diep ingaat over een voorbereidingsschema wil ik voor de lezers graag toelichten dat wanneer je alles wilt gaan meten (afstanden en dergelijke), dat het handig is om een timer of stappenteller mee te nemen.

    Succes

    gr Lieke

  2. L.S.
    Ik ben 73 jaar en moet revalideren vanwege lichte hartklachten. Ik was 20 kilo te zwaar en ben half Mei j.l. begonnen met het lopen, dat wil zeggen, stevig doorstappen ( ca. 5 km per uur )Sinds de aanvang met lopen, loop ik die afstand vrijwel iedere dag, afgewisseld met onderweg wat oefeningen zoals strekken, bovenlichaamwendingen, op/neer door de knieën zakken en opdrukken vanaf een brugleuning. Inmiddels ben ik ongeveer 10 kilo lichter.
    Vorige week Zondag heb ik het er op gewaagd en ben aan een wandeling van ruim veertig kilometer begonnen van Valkenswaard naar Boekel.
    Ik had een heuptasje aangedaan met daarin twee kleine flesjes drinken, ( water en een zoet drankje ) en een kleine rugzak meegenomen met daarin wat rozijnenbolletjes en enkele muesli repen.
    Ik ben vertrokken om 05.45 en tevoren niet gegeten omdat ik dat normaal ook niet doe.
    Na ca. 14 kilometer heb een korte stop gehouden en twee rozijnen bolletjes genomen die ik al lopende heb opgegeten. Daarna heb ik na ca. 10 km. weer een korte stop gehouden
    ( 10 minuten )en wat gedronken. De volgende etappe was ook van ongeveer dezelfde lengte maar het was na die stop veel moeilijker om het tempo weer te krijgen waarop ik gemakkelijk loop en mijn benen werden steeds strammer. Het werd steeds zwaarder en tenslotte heb ik op moeten geven omdat ik helemaal kapot was.
    Graag zou ik willen weten waar ik de fout ben ingegaan en waardoor mijn benen het tenslotte lieten afweten.
    Ik loop op speciale wandelschoenen, draag goede wandelsokken en een speciale wandelonderbroek die voorkomt dat ik mijn billen kapot loop.
    De grootste ergernis bleek de rugzak omdat ik die steeds moet optrekken tijdens het lopen.
    Uiteindelijk heb ik niets meer dan die twee rozijnenbolletjes gegeten en de twee flesjes drinken opgedronken.
    Dit verhaal hoeft niet geplaatst te worden maar ik zou het fijn vinden om een goed advies te krijgen omdat ik toch wel weer een nieuwe poging wil ondernemen, ik was tenslotte slechts 4 1/2 km van mijn doel gestrand.
    Dank voor uw reactie en advies.
    Vr. Gr.
    Jos Weijers
    P.S.
    Ik heb afgelopen week weer iedere dag gelopen en geen last gehad van spierpijn.

    1. ik vermoed dat je een gebrek aan energie in je lichaam hebt gehad. Kortom, eten is belangrijk tijdens een dergelijke tocht.
      Ik maak veel lange fietstochten en hoewel de inspanning anders is, geld voor mij: eten en dan fietsen. Ga ook wandelen, idem: eten en dan vertrekken. Neem voldoende brood of ander voedsel mee. 40 km lopen aan 5 km/uur is een tocht van 8 uur. Dat kan ik niet lopen op slechts enkele rozijnen bollen en een paar muesli repen. Met lange fietstochten is het schema: een krentenbol of banaan per uur, naast een bidon (500-750 ml) drinken. Bij het wandelen zweet ik aanzienlijk minder maar ik zou veel meer drinken dan 2 flesjes op een tocht van 8 uur.

    2. Duidelijk, op praktisch lege maag gaan sporten, welke sport dat ook mag zijn, kan niet, dat vraagt om problemen.
      Waar wilt u de energie vandaan halen om rond 40 km te kunnen wandelen?
      Even logisch nadenken en ern gouden tip : tot de jaren 2000 moesten we boeken open om te leren. Vandaag hebben we een gratis lexikon bij de hand met antwoord op alle mogelijke vragen.
      Tikt u mar eens in op internet: hoe eten en drinken vooraleer ik 10 km ga wandelen ? En dan kijkt u naar 40 km enz
      Wat u mee genomen heet voor 40 km was zels ovoldoende voor 5 km.
      Succes jh

  3. Vervolg Wandeltips:
    -wandel met voldoende lichaamsvormspanning d.w.z. geen ingezakte heuplenden en romp/borst -juiste paslengte/pasfrequentie bij elk tempo/terrein met gebruik van ondersteunende armpendel vanuit de schouders- gebruik de bijna gratis verkregen reaktiviteit v/d bil-kuit-en voetspieren zodat je vanzelf dynamischer gaat wandelen met minder energie en meer plezier. Ook tempo variatie geeft een extra dimensie.Dus Wandelscholing/techniek is voor velen een aanrader ook t.a.v.”t voorkomen van onnodige wandelblessures! Sp.Gr.John(sportleraar)